Buitenzorg en de VOC graven

Vandaag was het tijd voor de Rude Boys om afscheid te nemen van Pamalaland. Daarbij vielen geen traantjes, want zo zijn Rude Boys niet, maar toegegeven, het viel ons toch heel zwaar.

Het prachtige landgoed achter ons gelaten maakten we ons op voor de eerste tussenstop in Bogor: Paleis Buitenzorg. Dit paleis, gelegen in wederom een imposante Botanische tuin, herbergde in de koloniale tijd de Nederlandse gouverneurs. In latere tijden vond ook president Soekarno van Indonesië hierin een niet al te bescheiden onderkomen. Het statige paleis en de nabijgelegen V.O.C. graven vormen een opmerkelijk bewijs dat de Nederlandse invloed hier ooit groot is geweest.

Van Buitenzorg voerde de tocht ons naar de Matahari in Bogor. Hier vonden we de tijd om onze garderobe wat aan te vullen. Geholpen door een kudde behulpzame meisjes – het verkooppersoneel overtrof ook hier in aantallen ruim het aantal klanten – waren we in staat om onzelf te voorzien van wat nieuwe kledingstukken, die naar Nederlandse begrippen ver onder de kostprijs werden aangeboden.

Nu was de tijd gekomen om Bogor de rug toe te keren. Het autoritje naar Tangerang bracht ons bij de Matahari, waar Bowsan, Steef en Mala zich lieten verwennen in de kapsalon.

In de Matahari in Tangerang konden we in de confectieafdeling niet zo goed slagen, dus na aankoop van het hoognodige – lees: biertjes – werd de reis naar het huis in Alam Sutera al snel aangevangen. De avond wisten we relaxed op het buitenterras door te komen met biertjes, sigaren en whiskey, in die volgorde.

Druk druk druk

Op deze dinsdag scheidden de wegen van de Rude Boys zich kort en gingen we zowaar aan het werk. Jer ging ‘s ochtends samen met opa naar een zakelijke afspraak. Bow en Steef waren goed bezig door deze weblog bij te werken en leefden zich tevens uit in een nabij gelegen antiek- en souvenirwinkeltje.

De zakelijke afspraak vond plaats in een 4-sterren hotel ergens in het centrum van Jakarta. Daar trof ik een Nederlander die al diverse jaren in Indonesië actief is en participeert diverse bedrijven. De meeting verliep erg positief en we spraken onder meer af de mogelijkheden tot een samenwerking ten behoeve van een Indonesische OSM te gaan onderzoeken.

Ondertussen was de antiekwinkel geplunderd door de overgebleven twee Rude Boys, die zich achterop motors hadden verplaatst naar deze bestemming. Weer bij elkaar gekomen legden we de laatste hand aan de weblog om vrij vroeg alweer te vertrekken naar de entertainment.

Dit keer voerde onze kroegentocht langs een countrybar, barretjes genaamd MyBar en Strings om uiteindelijk te belanden in onze vaste stek Oscar, waar Elvis nog altijd niet dood en begraven bleek te zijn. Nadat we ons tot in de kleine uurtjes hadden vermaakt met de live muziek en karaoke, zijn we moe en voldaan naar huis vertrokken om ons op te maken voor de volgende dag: de tocht naar Charita Beach!

Charita beach

De vermoeiende stapavond gisteren maakte een korte herstelperiode noodzakelijk. We namen het ervan en bleven wat langer op ons comfortabele bedje liggen, in de door een airco gerieflijk gemaakte slaapkamers.

Na een stevige brunch werd het tijd om de spullen te pakken en te vertrekken naar Carita Beach. Na een barre tocht met onze vierwielaangedreven Panter van enkele uren, over vlakke tolwegen en moeilijk begaanbare binnenweggetjes, kwamen we tenslotte aan bij ons resort. Even heen en weer rijden tussen twee appartementen leverde overigens een stevige korting op. Het op de juiste manier de concurrentie uitbuiten was wel aan Mala toevertrouwd.

De spartaans ingerichte kamers waren weinig indrukwekkend, maar de omgeving des te meer! Binnen enkele passen bevonden wij ons op een utopisch zandstrand met een kabbelende zee.

Een ideaal moment om met een biertje in de hand aan zee te genieten van de frisse zeelucht, slechts verstoord door een legertje aan minder aantrekkelijke vrouwen die op stelselmatige basis kwamen informeren of we toe waren aan een massage. Vriendelijk doch beslist deze ongewenste aandacht afwimpelend maakten we ons op voor wat de volgende dag brengen zou: de heroïsche beklimming van de Krakatau!

Beklimming van de Krakatau

Als vroege vogels begaven we ons vol goede moed naar de boot die ons naar de Krakatau zou brengen. Onderweg naar de haven werden we enthousiast begroet door de lokale bevolking. Aangekomen bij de haven zagen we heel wat boten die niet bepaald zeewaardig waren. Gelukkig was ons vervoermiddel van een stuk betere kwaliteit: een speedboot met twee capabele 40 pk motoren.

Het bootje bleek een respectabele snelheid te kunnen halen, maar erg comfortabel was de reis niet. De frisse zeewind in ons gezicht vergoedde de soms bikkelharde klappen die de boot op de golven maakte niet bepaald. Maar we hadden wel het idee met een bijzondere tocht bezig te zijn.

Van ver zagen we de ‘Anak Krakatau’ al liggen. Deze vulkaan ligt op de plaats van de oorspronkelijke Krakatau, die bij de enorme uitbarsting in 1883 uit elkaar gebarsten is en in de zee gezonken. De Anak Krakatau (vrij vertaald: kind van de Krakatau) is nog steeds actief. Na ongeveer anderhalf uur scheuren door het woeste zeewater, legden we aan op het idyllische vulkanische eiland.

Het eiland, dat in 1920 was ontstaan en sindsdien elke vijf jaar een stukje groeit, is al een veelheid aan vegetatie te vinden. Na een korte verkenning van het strand met zwart vulkanisch zand, besloten we de jungle te trotseren en op weg te gaan naar de vulkaan. Het was duidelijk te zien waar de gestolde lava nog te giftig was voor plantaardig leven. De vulkaan zelf is nagenoeg kaal.

Hier begon onze klim naar boven. Soms wegglijdend in de vulkanische as, dan weer behoedzaam de grote zwarte lavabrokken ontwijkend, baanden we ons moeizaam maar vastberaden een weg naar de top. Ons zwoegen werd beloond toen we met zijn allen het hoogste punt eindelijk bereikten.

Wat een schitterend uitzicht! Fier staande op de oergesteenten uit het kolkende binnenste der aarde, keken we uit over de diverse onbewoonde eilandjes, de door mist omgeven vulkanische eilanden en de tropisch blauwe zee. Foto’s en woorden schieten te kort om dit tafereel te beschrijven.

Alles aan dit plaatje was zo clichématig dat zelfs de bebrilde professor met het Duitssprekende accent nog om de hoek kwam kijken. Binnenin zijn haastig opgezet hekwerkje op de top, vonden we hem druk bezig achter zijn op zonne-energie aangedreven laptop.

Het opgestroopte bezwete overhemd, de iets te grote bril op zijn neus en zijn blanke, matig gebruinde gezicht; het had Dr. Livingstone zelf kunnen zijn. De vriendelijke man voelde zich overigens niet te groot om zijn ongetwijfeld nuttige werk te onderbreken om ons wat meer te vertellen over deze bijzondere plaats. Na een kort babbeltje en een gemeend “Auf Wiedersehen”, zetten we de afdaling in.

Hier zouden we tevens kunnen snorkelen, maar het iets te ruige weer maakte aan deze illusie al snel een einde. Dit was een kleine tegenvaller, maar Rude Boys laten zich niet snel uit het veld slaan. Het strand op dit onbewoonde eiland bood genoeg mogelijkheden tot vermaak.

Tientallen kleine krabbetjes bleken het strand te bevolken. Hun eigenaardige en rappe manier van voortbewegen boden een kolderiek aangezicht. Ze renden rondjes achter elkaar en presteerden het zelfs op twee pootjes en met hun scharen in de lucht enthousiast het water in te hollen. Kleine stukjes brood bleken ze ook erg lekker te vinden. Al hadden ze het soms hevig met elkaar aan de stok als het niet duidelijk was wie er eerder bij de kostbare lekkernij was.

We voelden ons als Robinsons en lieten de flora en fauna goed op ons inwerken. Een duik in de wilde zee, een ontmoeting met een monsterlijke aangespoelde kwal en een dutje in de tropische zon waren de ingredienten van deze avontuurlijke belevenis.

Onze gids vond het nodig zijn hormonale problemen uit te leven in het strandzand.

Tegen het eind van de middag besloten we de terugreis weer te aanvaarden. Door elkaar geschud door het wilde water, in het niet bepaald zeewaardige bootje, kwamen we moe maar voldaan aan bij ons appartement.

Onze missie van vandaag was glansrijk volbracht: de Krakatau was bedwongen!

Zon, zee en strand

Deze dag zouden we alweer terugkeren naar Tangerang, Jakarta. Maar voor het zover was hadden we nog even de tijd om optimaal te genieten van de omstandigheden. Deze mogelijkheid lieten we niet onbenut. De zee bleek heerlijk warm om in te zwemmen en ook het nabij gelegen zwembad had zijn charmes. Hier wisten we op ons gemakje wel wat uurtjes door te brengen.

‘s Middags gingen we met Mala naar de lokale markt om vis te kopen voor de lunch. Volgens Mala een lekkernij en zo vers als het maar kan zijn; direct uit de zee op ons bord. Een korte autorit bracht ons op de markt, waar we ons oog al snel lieten vallen op een tentje met diverse soorten vis, grote garnalen, krabben en inktvisjes. We selecteerden uit een grote bak de beesten die we op wilden peuzelen en ze werden keurig voor ons klaargemaakt. Terug in het appartement hadden we er een feestmaaltje aan.

Het moment van vertrek stelden we zo lang mogelijk uit, maar uiteindelijk moesten we er toch aan geloven. Onderweg deden we de Holland Bakery aan, waar puddingbroodjes en hot dogs te koop zijn. Eenmaal aangekomen in Tangerang bestelden we een Pizza – ook dat kan in Indonesie – en bespraken we het plan voor die avond.

Ik ging met Angga met zijn motor naar de Matahari om wat “almost original” anime en manga in te slaan. Bow en Steef gingen naar een poule tentje waar ik me even later ook meldde. Na een paar potjes ontspannende poule onder het genot van heerlijke Bintang biertjes hielden we het voor gezien en keerden terug naar ons onderkomen.

Nieuwsflits: aardbeving Yogjakarta

Even een korte nieuwsflits. Het nieuws bereikte ons vandaag dat er zich een aardbeving heeft voorgedaan in de buurt van de de Merapi, Yogjakarta. In tegenstelling tot wat we eerder dachten is de Merapi vulkaan zelf (nog) niet uitgebarsten. Dit werd wel verwacht, maar in plaats daarvan is er dus een aardbeving geweest in dat gebied.

Een nieuwsbericht van de BBC over de beving:

Het gebied waar het om gaat bevind zich echter op ruim 10 uur rijden van ons vandaan, aan de andere kant van het eiland Java. Wij hebben dan ook niets van de beving gemerkt, anders dan dat we deze op TV kunnen volgen. Geen zorgen over de Rude Boys dus, onze Mission continues!

Jaya Pub

De laatste volledige dag in Indonesië moet natuurlijk een bijzondere zijn. Omdat we al zoveel barre tochten en spannende avonturen hadden meegemaakt, besloten we er vandaag een relaxed dagje van te maken.

De eerste middagactiviteit bestond uit het bezoeken van de salon, waar Bowo en Jaya zich lieten trakteren op een uitgebreide massage. Als herboren stapten we weer in de auto om door te rijden naar een souvenir- en antiekwinkel. Hier wisten we nog wat leuke items te scoren. Alleen zo jammer dat onze koffers maar een gelimiteerde grootte hebben!

‘s Avonds vervoerden we ons naar de Jaya Pub. Dit bruine café heeft ook een vestiging in Rotterdam en oogt zowaar ouderwets Hollands gezellig. We genoten hier van een heerlijk diner. Het lokale bier testten we terloops ook uitgebreid, het was namelijk happy hour. De live muziek, gecombineerd met de sfeervolle omgeving en vriendelijke bediening, maakten dit bezoek meer dan geslaagd. Na de Jaya Pub vonden we tijd worden voor iets stevigers, dus we begaven ons naar de Block M, het beveiligde straatje waar een aantal gezellige cafés en discotheken in Jakarta zich bevinden.

Als eerste deden we de D’s Place aan. Dit danscafé kenmerkte zich, behalve door de pittige muziek, door de dansvloer die uitsluitend werd bevolkt door – zeker voor Indonesische begrippen – schaars geklede hitsige dames. Dit onwerkelijke tafereel was het zoveelste bewijs dat Indonesië niet in een vakantie te begrijpen valt. Omdat dit schouwspel, hoewel voor onze mannenogen niet onaardig, toch wel erg buitenaards overkwam, zochten we ons vertier toch al snel in een andere tent.

De Oscar, reeds bekend van twee voorgaande stapavonden, werd ook vandaag ons eindpunt. Hier lieten we ons tot sluitingstijd vermaken met alle ingredienten die een goed avondje stappen moet bevatten. Moe maar zeer voldaan keerden we terug om onze laatste nachtrust in Indonesie door te brengen; onze missie is bijna volbracht, morgen moeten we onze koffers – en onze biezen – alweer pakken!

Terug naar Holland

Het avontuur in Indonesië was nu echt voorbij, de terugreis naar “Holland”, zoals echte Nederlandse expats hun thuisland noemen, moest worden aanvaard. Zondagmiddag om 18:30 plaatselijke tijd stond onze Airbus op ons te wachten. Na exact 1 uur en 40 minuten vliegen maakten we een tussenstop in Maleisië op het vliegveld van Kuala Lumpur. Bowie en Stefan hadden het er maar zwaar mee, met de enorme takkenbossen die ze mee moesten zeulen.

Ik had het trouwens nog even benauwd om de douane door te komen, het doosje kroepoek dat ik van Mala had gekregen bleek er erg verdacht uit te zien. Maar toen ik aan de vervaarlijk uitziende militair uitlegde wat de inhoud van het doosje behelsde kon deze een grijns niet onderdrukken. Ik mocht gelukkig mijn reis onvoorwaardelijk vervolgen.

Omdat we op Kuala Lumpur Airport dik 2 uur te besteden hadden voordat we in onze Boeing 747 konden stappen, besloten we een traditie in ere te houden en de lokale Starbucks aan te doen.

Evenals op de heenreis smaakte het “Bakkie Kuala Lumpur” ons weer uitstekend. Het vliegveld bleek bovendien een aantal interessante winkeltjes te bevatten, en aangezien we nu minder vlieguren in de benen hadden dan op de heenreis, konden we er beter van profiteren. Na wat “casual shopping” meldden we ons bij de terminal voor onze laatste, lange tocht huiswaarts.